Als één van de ouders overlijdt, krijgt de erfgenaam vaak een vordering op de langstlevende ouder, die pas opeisbaar is als die ouder ook overlijdt. Over zo’n niet opeisbare vordering hoeft de erfgenaam geen vermogensbelasting te betalen. Daarnaast kent de wet een uitzondering voor goederen waarop een vruchtgebruik rust en ten behoeve is van een echtgenoot van de overleden ouder van een belastingplichtige. Zo’n vruchtgebruik moet dan wel het gevolg zijn van een uiterste wilsbeschikking of van buitenlands wettelijk erfrecht, en juist over dat laatste is geprocedeerd bij de rechtbank in Den Haag.
Wat was het geval? Een Française woont vanaf 2013 tot en met 2016 in Nederland. Op grond van een Franse notariële akte heeft zij in 2011 een door haar ouders bewoonde woning in Frankrijk verkregen. Dit onder voorbehoud van het levenslange vruchtgebruik voor beide ouders, dan wel voor de langstlevende ouder.
De Belastingdienst stelt dat niet is voldaan aan de voorwaarden op grond waarvan de woning niet belast is in box 3. De Française stelt dat juist wel sprake is van een uitzondering.
Het Gerechtshof concludeert dat het in dit geval gaat om een verkrijging op basis van een notariële akte, die is op basis van het Franse recht is aan te merken als een schenking. Er is dus geen sprake van een verkrijging als gevolg van een uiterste wilsbeschikking of buitenlandse erfrecht. De waarde van de Franse woning behoort daarmee tot het vermogen in box 3. De Belastingdienst houdt wel rekening met een lagere waarde, omdat op de woning een vruchtgebruik is gevestigd.
Neem contact op
Bent u benieuwd naar onze toegevoegde waarde voor u? Laat hieronder uw gegevens achter, dan nemen wij zo spoedig mogelijk contact op voor een persoonlijke en vrijblijvende kennismaking.
Bel 0578 - 57 44 66 | |
Stuur een e-mail naar info@verax-accountants.nl | |
Deel op Facebook | |
Deel op LinkedIn |
Maak een afspraak voor een
adviesgesprek of bel 0578 - 57 44 66